TBC

Paul moest vanmorgen om 6 uur al op z’n werk zijn en dat was voor mij de eerste uitdaging om ervoor te zorgen dat 3 kids op tijd op school zouden zijn. Ze hebben het voortreffelijk gedaan, dus we waren op tijd incl. met gel in de haren 🙂
Ik heb de andere toekomstige juf van Laurise gesproken en Laurise aan haar voorgesteld. Na de meivakantie gaan we een poging wagen! Of Laurise inmiddels schoolrijp is, is koffiedik kijken. We zien het te zijner tijd wel.

Vanmorgen gingen Laurise en ik naar de GGD. We hadden een gesprek met de arts. Hij had op de foto een verdikking in de rechterlong gezien, maar een foto geeft ook niet alle antwoorden. Hadden we een specifieke reden voor de longfoto? Ja, IND verplicht dit, ook al blijkt uit het medisch dossier dat het resultaat na medicatie en longfoto in Haïti negatief was. Ik heb de twee Toraxfoto’s uit Haïti laten zien en toen kon de arts beter het vervolg zien van de TBC indertijd. Ik zag op de eerste foto bijzonder troebele longen. Op de 2e foto was dat weg. Het medisch dossier werd op onderdelen gelezen, omdat hij graag wilde weten hoe lang Laurise medicatie heeft gekregen. Het antwoord hebben we niet gevonden, maar volgens de arts hebben ze zorgvuldig gehandeld en zou de verdikking eventueel een littekentje kunnen zijn. Hij vroeg zich af hoe Laurise aan TBC was gekomen. Of TBC in haar familie voorkwam (ons niet bekend). Hij vertelde dat alleen volwassenen TBC konden overdragen (door aanhoesten – vreemd woord eigenlijk). Laurise had volgens het dossier koorts toen ze in Maison l’Esérance werd geplaatst en drie weken later is begonnen met medicatie. Ik merkte op dat ik dat best aan de late kant vond. De arts knikte. Ik vroeg mij ter plekke af of haar moeder wist wat Laurise onder de leden had. Nacontrole is in beginsel meer bedoeld voor volwassenen, maar omdat in Haïti veel TBC voorkomt, wil de arts – voor alle zekerheid – over zes maanden nogmaals een longfoto laten maken.

Bij de GGD is een winkelcentrum en daar gingen we boodschappen halen. Toen we terugliepen naar de auto fietste een man ons voorbij en keek naar ons, fietste wat door en keek achterom. Ik zag dat er ook een vrouw bij hem hoorde die iets verder fietste. De man keek nog steeds achterom terwijl hij zachtjes doorfietste. Ik had m’n zware boodschappentassen even op de grond gezet toen hij vroeg "Is zij te huur? … Of te koop? M’n hersenen maakten overuren. Wat zijn dit voor vragen? NATUURLIJK NIET! Ik zei niks, maar als blikken konden doden.. Keek naar m’n tassen, bukte iets voorover en pakte ze. "Ze is zo lief!" eindigde de man de "conversatie" en ik hoorde de vrouw verderop bescheiden lachen. Niet gemeen, niet misplaatst, het leek eerder op een goed bedoeld grapje. Laten we het er maar op houden dat ik zulke grapjes niet leuk vind. In de auto dacht ik eraan, dat ik ook gewoon had kunnen antwoorden met "Nee meneer, dat is ze niet", maar op dat ene moment kreeg ik een fatsoenlijk antwoord niet over m’n lippen. Laurise zei de meneer nog wel uitbundig gedag. Tuurlijk…

Gisteren stonden we bij de kassa van de Etos. Achter ons stond een Surinaamse dame in de rij. Ze tikte me op m’n schouder en zei "Ze – en wees naar Laurise – lacht zo lief naar mij". Ook toen wist ik niet wat ik daarop moest zeggen en liet een Mona Lisa glimlach zien. Laurise lacht naar iedereen die haar vriendelijk aankijkt en ik ben dan juist de havik die erop let dat ze niet te veel loopt te "flirten". Zoals kinderen vaker kunnen doen, kan Laurise mensen lang observeren/aanstaren, net zo lang totdat ze een glimp van compassie ziet. Als dat niet lijkt te lukken, dan staart ze de persoon ernstig aan. Ik probeer Laurise – vooral in winkels – uit haar staarmodus te halen door haar (nog dichter) bij me halen. De kaarten liggen nu zo, dat ik niet om de haverklap omkijk of ze nog wel bij me in de buurt is, maar of ze niet bezig is met een vreemde contact te zoeken of al heeft gemaakt. Zoals vandaag in de Albert Heijn waar een oude man zat uit te rusten in de koffiehoek. Voor ik het goed en wel doorhad, zag ik die man breeduit lachen en zei hij tegen mij "zoho… die is best wel een beetje ondeugend", waarop ik antwoordde "een beetje?" Ik zag Laurise helemaal blij, ondeugend en speels kijken, nagenietend van het korte contact en ik kon alleen maar denken "wat moet ik hier nou mee?"

Laurise was haar puzzelboekje kwijt en ik vond in haar kast grote puzzelvierkanten met cijfers erin. Op het tekenbord schreef ik 1 t/m 8. Het was haar eerste visuele kennismaking met cijfers. Ik wees een cijfer op het bord aan en Laurise zocht het puzzelvierkant met hetzelfde cijfer erbij. Dat ging hartstikke goed. Na twee keer oefenen was het wel genoeg voor vandaag. Tijd voor ontspanning!